LibreOffice 7.2 Help
Stelt de randopties in voor de geselecteerde objecten in Writer of Calc.
U kunt de positie, grootte en opmaak van de rand opgeven in Writer of Calc. In LibreOffice Writer, kunt u randen toevoegen aan pagina's, frames, afbeeldingen, tabellen, alinea's, tekens en ingesloten objecten.
Als u de randen van een hele tabel wilt wijzigen, plaatst u de cursor in een tabelcel, klikt u met de rechtermuisknop en kiest u Tabel. Klik vervolgens op het tabblad Randen. Als u de randen van een tabelcel wilt wijzigen, selecteert u de cel, klikt u met de rechtermuisknop en kiest u Tabel. Klik vervolgens op het tabblad Randen.
Selecteer de vooraf gedefinieerde randstijl die u wilt toepassen.
In tabellen of werkbladen kunt u ook vooraf gedefinieerde randen toevoegen of verwijderen. Gebruik het pictogram Randen op de werkbalk Tabel.
Klik op het opmaakprofiel voor de rand die u wilt toepassen. Het opmaakprofiel wordt toegepast op de randen die in het voorbeeldvenster zijn geselecteerd.
Selecteer de lijnkleur die u voor de geselecteerde randen wilt gebruiken.
Geef de hoeveelheid ruimte aan die tussen de rand en de inhoud van de selectie moet worden opengelaten.
Voer de afstand in die moet worden opengelaten tussen de linkerrand en de inhoud van de selectie.
Voer de afstand in die moet worden opengelaten tussen de rechterrand en de inhoud van de selectie.
Voer de afstand in die moet worden opengelaten tussen de bovenrand en de inhoud van de selectie.
Voer de afstand in die moet worden opengelaten tussen de onderrand en de inhoud van de selectie.
Past dezelfde instelling voor Afstand tot inhoud toe op alle vier de randen wanneer u een nieuwe afstand invoert.
U kunt ook een schaduweffect op randen toepassen. Voor de beste resultaten kunt u dit effect het beste toepassen wanneer alle vier de randen zichtbaar zijn.
Afbeeldingen of objecten die aan een frame in het document zijn verankerd, kunnen niet groter zijn dan het formaat van het frame. Als u op de randen van een object een schaduw toepast waarmee een frame volledig wordt gevuld, wordt de grootte van het object verkleind zodat de schaduw kan worden weergegeven.
Klik op een schaduwstijl voor de geselecteerde randen.
Voer de breedte van de schaduw in.
Selecteer een kleur voor de schaduw.
Specificeert de eigenschappen voor de huidige alinea of de geselecteerde alinea's.
Voegt de randstijl en de schaduwstijl van de huidige alinea met de volgende alinea samen. Deze stijlen worden alleen samengevoegd als de inspring-, rand- en schaduwstijlen van de volgende alinea hetzelfde zijn als die van de huidige alinea. Deze optie is ook beschikbaar voor alinea-opmaakprofielen.
Hiermee worden twee verschillende randstijlen van aangrenzende cellen in een Writer-tabel samengevoegd tot één randstijl. Deze eigenschap is geldig voor een hele tabel in een Writer-document.
De regels kunnen worden gereduceerd tot de instructie dat het sterkere attribuut wint. Als één cel bijvoorbeeld een rode rand met 2-punts dikte heeft, en de aangrenzende cel een blauwe rand met 3-punts dikte, dan is de gemeenschappelijke rand tussen deze twee cellen blauw met 3-punts dikte.